In gesprek met Peter R. de Vries (2012)

Dit verhaal deel ik hier op de zestigste gedenkdag van de moord op JFK; woensdag 22 november 2023.

In 2006 werkte ik enkele maanden op de redactie van Peter R. de Vries. Mijn rol op de redactie was bescheiden; ik mocht er afstuderen tijdens de laatste maanden van mijn studie. In mei 2006 presenteerde De Vries een programma van 2,5 uur over de moord op John F. Kennedy. Het was een zeer indrukwekkende uitzending. Ik kon een beetje assisteren op de achtergrond; rond die tijd was ik al twee jaar bezig met de geruchtmakende zaak. Ik kon af en toe inhoudelijk advies geven en wat begeleiden tijdens het schrijfproces. Op hele kleine schaal hoor, denk vooral niet te groot. De Vries maakte die periode, samen met enkele medewerkers, een jaloersmakende reis naar Amerika om op locatie te filmen.

Ik herinner me heel goed hoe die uitzending begon: de misdaadverslaggever schopte een bal vanaf een veld in Nederland en ving vervolgens de bal op Dealey Plaza. Hij vertelde dat hij het nieuws hoorde tijdens het voetballen; hij was een week eerder net zeven geworden. Ik heb goede herinneringen aan die tijd, zo dicht op het vuur. Misdaad heeft me altijd enorm gefascineerd.

Ik heb altijd contact gehouden met Peter R. de Vries. Toen mijn eerste boek werd uitgebracht, sprak hij erover bij RTL Boulevard. Voor mijn tweede boek kreeg ik de kans om hem te interviewen; in het laatste hoofdstuk liet ik experts aan het woord over de misdaad van de eeuw. Ik sprak met hem op zijn nieuwe kantoor, in de schaduw van het Ajax-stadion in Amsterdam. Zelf had ik met hem samengewerkt op hun oude locatie, op het Mediapark in Hilversum.

Hieronder staat de volledige tekst uit mijn tweede boek: het gesprek met Peter R. de Vries in mei 2012.


In 2006 was ik bezig met de afronding van mijn studie. Ik studeerde af op de redactie van Peter R. de Vries, Misdaadverslaggever, precies in het seizoen waarin hij bezig was met zijn avondvullende uitzending over de moord op Kennedy. De Vries was al vele jaren geïnteresseerd in de moord in Dallas, maar na een column voor Panorama in 2001 en de vele reacties die daarop kwamen, werd hij pas écht door het drama gegrepen. Hij schreef destijds over zijn ‘onuitgesproken verlangen om als misdaadverslaggever, wiens werkterrein immer wordt afgekaderd door de Nederlandse dijken, ook eens met zo’n echte wereldzaak bezig te zijn’. De fascinatie mondde vijf jaar later uit in de lange uitzending, waarnaar zo’n 800.000 mensen keken. De misdaadjournalist begon op een voetbalveldje in Amstelveen: ‘Hier, voor mijn ouderlijk huis, hoorde ik van de moord. Ik was nog maar zeven jaar oud, maar het staat me nog helder voor de geest. Op dat moment werd er geschiedenis geschreven. De moordzaak waar iedere misdaadverslaggever van droomt, maar waarvan de ware toedracht letterlijk en figuurlijk onbereikbaar ver weg is.’ Is er in Nederland een bekendere autoriteit op het gebied van de moord op Kennedy? Het was voor mij logisch om mijn rondgang langs de autoriteiten op dit gebied te beginnen met een gesprek op de redactie in Amsterdam. De Vries nodigde me graag uit voor een gesprek, waarbij ook zijn rechterhand Kees van der Spek – de regisseur van de uitzending in 2006 – aanwezig was. De Vries: ‘Ik vind het altijd leuk om over deze zaak te praten. Ook nu weer, nu we het er zo over hebben, raak ik enthousiast. Alle avonturen die we in 2006 in de Verenigde Staten beleefden komen dan weer boven, al die vraagtekens. We hebben gegeten in het pannenkoekenhuis waar Jack Ruby volgens onze getuige was op de ochtend van de moord op Kennedy, we zijn door een betrokkene van een erf gejaagd wat indruk maakte, hebben intrigerende mensen ontmoet. We hadden op de plek van de moord onverwachte ontmoetingen, met bijvoorbeeld iemand die op een vergeelde foto zichzelf aanwees tussen de toeschouwers op Elm Street, op de fatale dag. We bezochten het schoolboekendepot en spraken met onderzoeker Robert Groden, die telkens om zich heen keek of er geen politie aankwam, angstig als hij is om op zijn vingers getikt te worden omdat hij magazines en andere ‘complottheoriepropaganda’ verkoopt in de openbare ruimte. Erg bijzonder allemaal.’ De Vries hoopt het echt nog mee te maken dat duidelijk wordt wat er nu precies gebeurd is in 1963. ‘Soms zie je dat wel eens in de krant dat door nieuwe technieken een moord wordt opgelost die honderd jaar eerder plaatsvond.’ Lachend: ‘Het zou mooi zijn als ik als oude man ergens in een klein nieuwsberichtje op pagina 21 lees: “John F. Kennedy, een voormalige president van de Verenigde Staten, blijkt in 1963 te zijn vermoord door de cia.’”

De voorbereidingen voor de uitzending in 2006 roepen dus louter prettige herinneringen bij hem op. De Vries: ‘Ik denk niet dat ik me ooit eerder zo gezegend voelde met mijn baan. Om daar te kunnen zijn, op dat bijzondere Dealey Plaza… Je moet er echt heen als onderzoeker: dat is beter dan het bekijken van duizend films van de locatie. Zoals ook het bezoek aan het museum in het schoolboekendepot een eyeopener was. Met terugwerkende kracht heb ik wel meer waardering gekregen voor de Commissie-Warren. Mannen die in die tijd niet wisten wat we nu weten, en konden niet wat we nu kunnen. Het waren andere tijden. Je wordt met gemak meegezogen in theorieën, maar na ons onderzoek en de gesprekken met deskundigen blijken dingen toch vaak beter verklaarbaar dan je denkt. Die “magische kogel bijvoorbeeld, die kun je op een belachelijke, cynische manier laten zien, zoals Oliver Stone deed in zijn film jfk. Maar is die baan van die kogel wel zo absurd? Een kogel kan opmerkelijke bokkensprongen maken in een menselijk lichaam… En de wond in hoofd van Kennedy, die volgens sommigen bewijst dat er een kogel vanaf de grasheuvel moet zijn geschoten. Wat weten wij nu werkelijk van die materie? Wat is ons referentiekader? Wat is logica? Ik moet bekennen: er is in geen enkele zaak zoveel voer voor een complot, als in deze zaak. Maar je kunt je toch niet voorstellen dat er in “vijftig jaar nooit iemand uit de school heeft geklapt? Al die mensen bij de cia, bij de Commissie-Warren, noem maar op: nooit heeft iemand uit de school geklapt met aantoonbaar goed bewijsmateriaal. Ook hun familieleden niet. Dat vind ik verontrustend, merkwaardig en ongelofelijk. Een kans van 1 op 7 miljard dat zo’n geheim verborgen blijft, en toch is het hier gebeurd. Verbijsterend.’ De veelheid aan nieuwe theorieën en getuigenverklaringen maakt de zaak volgens de misdaadjournalist ook nog eens steeds complexer. ‘Toen Fortuyn werd doodgeschoten op het Mediapark, waar wij destijds nog zaten met onze redactie, hoorde ik een theorie over parkeerwachters die expres hadden gewacht met het doorlaten van ambulances. Nou, die mannen kende ik allemaal, ik weet zeker dat zij die dag niets hebben gedaan wat het daglicht niet kon verdragen. Maar elders in het land wordt zo’n verhaal wel opgepikt en geloofd. Het geeft maar aan hoe moeilijk het is om te toetsen hoe serieus een theorie genomen moet worden. Zo zal veel in de zaak Kennedy tegenwoordig met een korreltje zout behandeld moeten worden.’

In zijn eigen uitzending behandelde De Vries vooral het verhaal van James Files, de crimineel die voor de camera beweerde de schutter te zijn. Moeiteloos diept De Vries feiten op uit zijn geheugen, af en toe bijgestaan door de twee jfk-ordners in zijn indrukwekkende archiefkast: ‘Ik sta nog steeds achter de door ons gepresenteerde feiten in die uitzending, zes jaar geleden. Het verhaal van fbi-onderzoeker Zack Shelton is nooit door iemand onderuitgehaald, ook wij hebben na uitvoerig onderzoek niets kunnen vinden. Files kon op dat moment op die plek zijn, was bij de maffia, en heeft zichzelf nooit tegengesproken. Maar wat vooral opviel: hij sprak tijdens zijn bekentenissen heel beeldend, vanuit zijn herinnering, met veel lichaamstaal. Dat doen leugenaars niet. Weet je waar ik ook wel eens over nadenk? Kennedy reed in die optocht door Dallas. Ergens staat een man met een videocamera en als een geluk bij een ongeluk filmt hij de moord. Wat nu als de moord in onze tijd gepleegd zou zijn? De fbi zou na twee dagen het volk smeken om geen materiaal meer op te sturen: de kogelinslag zou uit honderd verschillende hoeken opgenomen zijn. Dat zag je wel bij bijvoorbeeld die aanslag in Apeldoorn op Koninginnedag 2009. In mum van tijd waren er veel beelden beschikbaar op internet. Wie er dan ook verantwoordelijk was in 1963, ze zijn geholpen door de tijd van toen. Het ontbreken van goed bewijsmateriaal heeft ervoor gezorgd dat het nu nog steeds een mysterie is. En natuurlijk het feit dat Oswald zelf zo snel werd omgelegd. Jack Ruby loste maar één schot en het was direct dodelijk. Dat is dan weer de typische pech die er kan optreden. Voor hetzelfde geld overleef je zo’n aanslag…’

John F. Kennedy werd door de kogels op Dealey Plaze een mythe. ‘Hij heeft nooit de tijd gekregen om grote fouten te maken,’ vertelde Peter R. de Vries, ‘En dat zal wel hebben bijgedragen aan dat goede imago. Naast natuurlijk dat uiterlijk en zijn charisma. Na al die grijze heren zat er eindelijk een jonge vent in het Witte Huis, met een leuk, aansprekend gezin. Kennedy bracht hoop met zich mee, en ineens was die hoop vervlogen. Inmiddels is dat mythische beeld wat bijgesteld, door bijvoorbeeld die verklaringen van vrouwen die zeggen dat ze een verhouding hadden met de president. Maar dan zeg ik: welke president van de Verenigde Staten heeft zich wel gehouden aan de huwelijkse trouw?’

Speak Your Mind

*